info | In een akte opgemaakt op 22 februari 1808, om half zeven 's morgens(!) door Rigter J.H.Gallee, vermaakt Garret Hissink zijn gehele bezit, bestaande uit zijn kiste met klederen van linnen en wollen, alle gereede en uitstaande gelden en pretensien, aan zijn broer Berend Hissink en diens vrouw Janna Wesselink. Op voorwaarde dat ze hem de rest van zijn leven zullen verzorgen en verplegen (hij lag toen al een poos ziek te bed, en was tot dan toe ook door hen verzorgd) en dat ze hem na zijn overlijden een nabuurlijke begrafenis zullen geven waarvan zij de kosten zullen betalen. Garrit laat ook noteren dat zijn zus Fenneken de dertig gulden krijgt die hun broer Jan Hissink, op Papenberg in Zelhem, hem nog schuldig is. De kleine jonge Berent hissink krijgt de zilveren schoegespen. |